Goudmijn voor vrede

Column
Hermien Koen

Geweldloze Communicatie

Met idolen heb ik niet zo veel op, maar Marshall Rosenberg is voor mij iemand die deze status benadert. Hij is in 2015 overleden en ik ben blij dat ik hem een keer in levenden lijve heb mogen meemaken. Dat was in december 2006, toen hij een workshop van een dag gaf in Rotterdam.

Rosenberg heeft een methode ontwikkeld voor wat hij noemde ‘geweldloze communicatie’ en hij reisde tijdens zijn leven als vredestichter vele conflictgebieden af. In zijn boeken, interviews en optredens reikt hij een bewustzijn aan van verbinding en een taal die vrede binnen handbereik brengt.

Hoe maak je contact met je wensen?
Rosenberg laat zien hoe we contact kunnen maken met wat we waarnemen, voelen, nodig hebben en wensen (ter verrijking van ons eigen en elkaars leven), zonder die verschillende fasen te vermengen met een oordeel over onszelf en anderen. Zijn benadering wordt toegepast in educatie en allerlei vormen van bemiddeling.
Rosenberg wijst erop dat we in de meeste gevallen hebben geleerd hoe we onze behoeften moeten beoordelen (om straf en schuld te kunnen ontlopen), in plaats van dat we hebben geleerd hoe we onze behoeften kunnen ontdekken en vervullen. Beledigingen, kritiek of diagnose, komen volgens Rosenberg allemaal voort uit persoonlijke behoeften waar niet aan tegemoet gekomen is. Het zijn naar zijn zeggen ‘tragische uitdrukkingen van onvervulde behoeften’. Daarom is het zaak om die behoeften bij onszelf op het spoor te komen. Achterhalen wat er in iemand leeft, daar is het bij geweldloze communicatie altijd om te doen.

Empathie
Empathie had Rosenberg als geen ander, dat wil zeggen: het volledig met aandacht bij iemand aanwezig zijn. Als iemand zich gehoord voelt en begrepen in zijn of haar gevoelens en behoeften, kunnen minder effectieve (of mogelijk gewelddadige) strategieën waarmee iemand op die behoeften aansluit, meestal creatief worden herzien. Dat gebeurt in gezamenlijk overleg over wat verrijkend is voor iedereen. Het is te mooi om waar te zijn, maar het werkt wel, daar legt Rosenbergs leven getuigenis van af. Zijn gedachtegoed blijkt een soort goudmijn voor vrede en al zijn publicaties zijn bovendien helder en toegankelijk verwoord. Om het je eigen te maken – daar gaat tijd overheen. Maar veel van zijn uitspraken zetten je meteen aan het denken. Of aan het luisteren.

Eerlijk uiten
In geweldloos of verbindend communiceren gaat het om empathisch luisteren, maar ook om je eerlijk uiten. Het bij jezelf en anderen onderkennen van achterliggende gevoelens en behoeften staat garant voor kennismaking met wat we universeel delen met elkaar. Dan kun je qua behoeften denken aan basisvoorwaarden voor fysiek welzijn, maar ook aan autonomie, integriteit, onderlinge afhankelijkheid, betekenis-geven, spiritueel welzijn, spel, vieren en rouwen.

De ander en jij centraal
Eeuwenlange structuren van onderwerping en dominantie, gevoed door mythes over indelingen in goed en kwaad hebben het directe zicht hierop ontnomen. Eigenlijk zijn we erop gebouwd om elkaars verzoeken in te willigen en zo bij te dragen aan de verrijking van elkaars leven.
Wat mij treft in Rosenbergs communicatiemodel is dat in zijn opvatting van empathie zowel de ander als jijzelf centraal kan komen te staan. Dat is anders dan de empathie die ik geleerd heb in mijn opleiding theologie destijds. Daar stond eenzijdig het pastoraal-therapeutische van de gerichtheid op de ander centraal. In verbindend communiceren komen ook zelfcompassie en eerlijkheid aan bod. Dat maakt de dialoog wat mij betreft interessanter en effectiever. Soms kun je voor die zelfcompassie de inbreng van een ander goed gebruiken. Dat kan ik mooi illustreren aan een voorval tijdens de genoemde workshop van Rosenberg die ik bijwoonde.Gedurende die dag bracht Rosenberg voortdurend met hulp van mensen uit de zaal in de praktijk hoe dat werkt, empathie; hoe je luistert en doorvraagt tot op wat mensen echt beweegt.

Ongesigneerd
In de pauze van de workshop stonden mensen in de rij bij het podium om van hem een handtekening te bemachtigen. Ik sloot me er na enige aarzeling bij aan, in mijn hand de Engelse versie van het inmiddels vertaalde boek Non Violent Communication. Net toen ik aan de beurt was, kwam zijn jongere vrouw het podium op, griste de man weg voor mijn neus en vertelde aan Rosenberg dat het nu echt tijd voor hem was om zelf een pauze te nemen. Mijn held van het onderkennen van de echte behoeften had zomaar een vrouw nodig om te weten wat goed voor hem was. Had hij in dit geval zijn behoeften maar wat langer genegeerd… Dan was mijn boek niet ongesigneerd gebleven.